U bent hier

Ontbinding van een hert in het wild

Ik ruik het rottende vlees.
Dat door maden, tijd en stank is bedorven.

Ik zie het karkas van een hert.
Dat door gespuis is aangetast en ingekorven.

Ik voel me kwetsbaar, misselijk en raar.
Op mijn hoede voor naderend gevaar.

Ik hoor de stilte van het uitgestrekte landschap.
De wind om me heen is aldaar.

Ik proef de smaak van ijzer op m’n lippen.
Verstijfd, verbeten en doorbloed.

Ik walg van de geur en het aangezicht.
En ril van de sensatie die in me woedt.

Ik sta stil. Ik denk na. Ik voel me zwaar.
Ik besluit. Ik ga. Straks lig ik ook daar.

Ik neem afstand. Ik kijk om. Ik neem waar.
Ik bezin. Ik ben veilig. Ik bedaar.

© R.B. Adriaensen, 2021