Liefste nu ik niet meer als een verschrikt konijn
in de loop van jouw geweer kan kijken,
het jachtseizoen is per slot van rekening
al enige tijd gesloten,
gun ik je
het verbouwen van rode kool,
het veredelen van zaad,
het knotten van wilgen.
Als het werk gedaan is,
geniet dan van de wolken,
schommel in de hangmat,
en denk soms aan mij.
Betreed op kousenvoeten
de keuken
en volg de geur van
stoofperen.
Verzoen je met dat lot.
De rivier die ons scheidt
heeft aan jouw kant bij het veer
in 3 meter hoge stalen letters
TOT HIER staan om de grens van het Romeinse rijk
te markeren.
Aan mijn kant is het
niet toegestaan in dezelfde stalen letters
TOT DAAR te plaatsen.
Het kunstwerk is verrommeling van het landschap,
stelt de provincie.
Ik zie dat als een teken.
Je kunt mij een dienst bewijzen
door de pont uit de vaart te nemen.