Grijp in de aarde.
Zie je stof? De maan? Wat zie je?
Besef je dan niet
dat als we ver genoeg
in de Melkweg leunen
we in onze eigen singulariteit staren?
Kijk in mijn ogen.
Daar ben jij ook. Denk eraan:
hoe klein
en onnoemenswaardig we waren
met een oneindig
grote dichtheid.
We klapten open, weet je nog?
Probeer je voor te stellen
hoe het zou zijn
om terug te gaan, ingevouwen
tot de oudste vorm
van onze oorsprong.
We zijn de schepping
die we hebben verlaten, we zijn
ongespleten
modder. Zie je het licht
dat eronder lijdt
en leed?
Een knal, een bom.
En dan? Daarvoor? Kijk in het stof,
Denk door.
Of ben je te bang
dat ik je vragen stellen zal
over het bestaan
van God?